Robijn | NL

Indien men een classificatie in keurstenen moet maken, moet men ongetwijfeld met de mooiste en duurste steen beginnen: de robijn.
Als men over top-kwaliteit: spreekt kan men de blauw-witte diamanten vergelijken met robijnen die een duivenbloedrode kleur hebben. Robijn is een rode korund variëteit, kristalliseert in een hexagonale vorm en heeft 9 op de hardheidschaal van Mohs.

Robijnen worden niet zoals diamanten geklasseerd volgens internationaal opgelegde normen. Om de kwaliteit te bepalen gebruiken de handelaars meestal termen van de oorsprong van de steen, zoals Birma nu Myanmar, Siam nu Thailand en Ceylon nu Sri Lanka. De oorsprong van de steen heeft in principe niets te maken met de prijs. Men kan mooie stenen vinden in Siam en zeer slechte in Birma of Myanmar. Een certificaat uitgegeven door een juwelier of een laboratorium zal niet de oorsprong een steen als een kwaliteitslabel vermelden. Om een robijn te evalueren, moeten verschillende aspecten in acht genomen:
 
-Kleur
Robijn onderscheidt zich door zijn rode kleur, veroorzaakt door kleine sporen van chroom in het kristalrooster. De kleurclassificatie gaat van intens rood tot een donkerrode kleur. Als de steen een roze kleur heeft zal hij ontegensprekelijk geklasseerd worden bij de roze saffieren en zal hij nooit beschouwd worden als een rode robijn. Als we een donkerrode, bruine of paarse kleur hebben, is dit te wijten aan het gehalte aan ijzer en vanadium in de steen. Donkerrode robijnen komen meestal voor in Thailand en paarse in Vietnam.
 
De beste kleur is de duivenbloedrode kleur, de fijnste schakering van rood. Als de kleur iets donkerder is wordt het ossenbloed genoemd. Als het lichter is wordt het kersroodgenoemd. Een professioneel zal dit als Birma kwaliteit vaststellen (Myanmar steen) omdat er in deze mijn stenen met deze kleur gevonden worden. Recent werd er in Luc Yen (Vietnam) een nieuwe mijn ontdekt waar de stenen een mooie licht karmijn tot elektrisch rode kleur hebben.
 
Vakmensen zullen "Siam" of "Thai" rangschikken onder commerciële stenen. Deze vertonen een lichte violetrode schakering. Thailand produceert ook duivenbloed rode robijnen, vooral in de streek van Pailin, dicht bij de grens met Cambodja. De term "Ceylon" betekent een steen uit Sri Lanka, met een meer roos-rode kleur. Soms is deze steen duurder dan een Siam steen. Mens preekt ook over Afrikaanse of Tanzaniaanse robijn die afkomstig zijn uit Kenia. Deze termen beïnvloedende waarde niet. De kwaliteit van deze regio varieert van licht tot donker rood maar ook van transparant tot opaak. Sommigen kunnen even mooi zijn als die van Birma.
 
Ook andere factoren zijn belangrijk voor de evaluatie:
Tonaliteit:

Het beste is een middelmatige nuance, niet te licht, niet te donker. Op een denkbeeldige schaal gaande van kleurloos tot zwart, zou de ideale kleur gesitueerd worden op 3/4 van de schaal.
 
Leven of schittering van de steen:
In een robijn moet leven zitten, hij moet schitteren. Dit wordt niet alleen bepaald door de kwaliteit van de steen maar ook door het vakmanschap van de persoon die hem geslepen heeft. De ideale verhoudingen en in het bijzonder het slijpen en het polijsten van de facetten spelen een zeer belangrijke rol. Een ervaren slijper kan een te donkere steen lichter maken en een te lichte steen donkerder maken. Dit hangt enkel af van de manier waarop de steen geslepen is.
 
Synthetische stenen hebben de zelfde chemische en fysische samenstelling in tegenstelling tot imitaties die uit een ander materiaal gemaakt zijn. Deze imiteren enkel het oppervlakkig aspect van een robijn. Een bekwaam gemmoloog zal gemakkelijk een echte robijn van een synthetische of een imitatie onderscheiden. Er zijn ook veel natuurlijke rode steen die sterk gelijken op robijnen:
 
- Rode spinel. Vele koninklijke juwelen bevatten rode spinel :bijv. In de Britse kroonjuwelen, de beroemde Black Prins is een spinel. - Toermalijn, de variëteit rubeliet. - Roodbruine granaat. - Gekleurd glas of doubletten(glasplaatjes gekleefd op kleurloze korund, granaat of een ander materiaal).
 
De consument werd reeds in de 15de eeuw gewaarschuwd voor vervalsingen. Door smelttechnieken werden er sinds begin van vorige eeuw synthetische stenen gemaakt uit korundpoeder. Synthetische flux robijnen kwamen op de markt sinds de jaren 60. Diverse pogingen werden ondernomen om de kwaliteit van synthetische stenen te verbeteren o.a. door Chatham, Kashan, Knischka, Ramaura, enz.
 
Barsten in een robijn worden gevild met opticon of gelijkaardige producten om deze te doen verdwijnen. Sommige robijnen werden met een gekleurde laag bespoten, men noemt dit “coating”.
 
De meeste robijnen op de markt werden “verhit” om een betere kleur te bekomen. De bepaling van een synthetische of gemanipuleerde steen is soms toch moeilijk geworden. Een gemmoloog zal het verschil "aanvoelen" tussen een echte robijn en een synthetische. Ingewikkelde testen en gesofistikeerd materiaal dienen er gebruikt te worden om dit te bewijzen en een grondige wetenschappelijke opleiding is vereist. Het is niet aan te raden om in het Verre Oosten of in andere exotische landen stenen aan te kopen vanen onbekende organisatie. Vertrouwen speelt dan ook een zeer grote rol.
 
Waarde
De robijn is de duurste edelsteen. Door zijn zeldzaamheid en de beperkte bevoorrading zijn kwaliteitsstenen moeilijk te vinden.
 
Het is ook aan te raden bij de aankoop van een mooie robijn een certificaat te eisen van b.v. HRD, IGI, GIA of Gublin. Uitzonderlijke robijnen hebben, bij veilinghuizen, reeds prijzen van 100.000 tot 800.000 US$ per karaat gehaald.